Gemiddeld equivalent inkomen per inwoner na belastingen

Thema
  • Inkomen, armoede en sociale bijstand
Subthema's
  • Fiscaal inkomen
Eenheid
Geografische schaal
Gemeenten / Wijken / Sectoren
Definitie

Het gemiddelde inkomen per inwoner van een gebied wordt berekend door de som van de inkomens van de inwoners van het gebied te delen door het aantal inwoners.

 

Het voor deze indicator gebruikte inkomen is het equivalent inkomen na belastingen:

- Equivalent inkomen: Om de levensstandaard van de inwoners op een meer eerlijke wijze te kunnen vergelijken worden verschillen in grootte en samenstelling van huishoudens geneutraliseerd. Bij deze methode wordt ervan uitgegaan dat alle leden van hetzelfde huishouden dezelfde levensstandaard hebben en dus wordt hen hetzelfde inkomen toegekend (het equivalent inkomen). Dat inkomen wordt berekend door rekening te houden met het totale inkomen van de leden van het huishouden, het aantal leden en hun leeftijd.

 

- Inkomen na belastingen: het belastbaar inkomen na aftrek van de belastingen. Het wordt berekend door het bedrag van de totale belastingen af te trekken van het totale netto belastbaar inkomen.

 

Om deze statistieken samen te stellen sluiten we eerst alle personen uit die deel uitmaken van collectieve huishoudens (woonzorgcentra, ziekenhuizen, gevangenissen enz.) en alle huishoudens waarvan het totale netto belastbaar inkomen nul is.
 

Belang

Het inkomen van de huishoudens is een indicator van hun levensstandaard, aangezien het een schatting is van hun koopkracht en dus van hun vermogen om toegang te krijgen tot verschillende goederen en diensten (voedsel, cultuur, huisvesting enz.).

 

Vergeleken met andere inkomensindicatoren biedt het gemiddeld equivalent inkomen na belastingen een aantal voordelen:

 

- Het gebruik van het equivalent inkomen laat beter toe om de levensstandaard te vergelijken door rekening te houden met de kenmerken en het totale inkomen van het huishouden waartoe iemand behoort.

 

- Het gebruik van het inkomen na belastingen in plaats van het belastbare inkomen geeft een betere benadering van het beschikbare inkomen en dus van de levensstandaard.

Opmerking

De kenmerken van de gegevensbron die voor deze indicator wordt gebruikt, brengen met zich mee dat een aantal voorzorgsmaatregelen moet worden genomen in de analyses van de levensstandaard of koopkracht van de huishoudens. Het gaat bijvoorbeeld om de volgende elementen:

 

- De basisbron voor het berekenen van het inkomen na belasting is het totale netto belastbaar inkomen van elke belastingaangifte.
Dat heeft het nadeel dat bepaalde inkomsten, zoals het door het OCMW uitgekeerde leefloon en de kinderbijslag, niet worden meegerekend.
Ook worden roerende en onroerende inkomsten over het algemeen onderschat vanwege de specifieke belastingregels voor die categorieën van inkomsten.
Ten slotte worden sommige inkomsten niet belast wegens speciale belastingsystemen, zoals bij de meeste werknemers van internationale organisaties (zoals de Europese instellingen, de NAVO enz.).
Het inkomen na belastingen van de huishoudens kan daarom enigszins verwijderd zijn van hun beschikbare inkomen, dat de ideale indicator is om de levensstandaard vanuit economisch oogpunt te analyseren.

 

- De dekking van de populatie is niet volledig voor het equivalent inkomen. Personen die niet in de officiële bevolking opgenomen zijn, worden buiten beschouwing gelaten, net als personen die in collectieve huishoudens wonen. Bovendien worden personen in huishoudens met een belastbaar inkomen van 0 uitgesloten van de statistieken.

 

- Statistieken gebaseerd op de fiscale inkomens moeten met de nodige voorzichtigheid van het ene jaar op het andere worden vergeleken. Veranderingen in de fiscale reglementering of ontwikkelingen in de administratieve verwerking en de inkohiering van de aangiften kunnen een aanzienlijke invloed hebben op deze statistieken.

 

- Ten slotte gaat de methode die wordt gebruikt om een equivalent inkomen per persoon vast te stellen, ervan uit dat alle leden van hetzelfde huishouden een identiek equivalent inkomen hebben, en dus dezelfde levensstandaard. Dat is een betwistbare hypothese.

 

Bovendien heeft het gemiddelde inkomen het nadeel dat het gevoelig is voor extreme waarden. De aanwezigheid van een beperkt aantal aangiften met zeer hoge inkomens kan daarom een sterke invloed hebben op het gemiddelde inkomen.

Beschikbaarheden
Datum van de kaart
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005

Gemiddeld equivalent inkomen per inwoner na belastingen

Thema
  • Inkomen, armoede en sociale bijstand
Subthema's
  • Fiscaal inkomen
Gewestelijk gemiddelde / Gewestelijke mediaan (2022)
20952
Eenheid
Inleiding

De kaart van het gemiddeld equivalent inkomen per inwoner na belastingen geeft een indicatie van de geografische verschillen in levensstandaard binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het equivalent inkomen na belastingen wordt gebruikt om de koopkracht van de bevolking in te schatten en het vermogen om toegang te krijgen tot goederen en diensten zoals huisvesting, cultuur, voedsel enz.

 

Vergeleken met indicatoren op basis van het belastbaar inkomen heeft het equivalent inkomen na belasting het voordeel dat het beter rekening houdt met de samenstelling van het huishouden en dat het dichter bij het beschikbare inkomen ligt omdat de belasting wordt afgetrokken.

 

Het gemiddeld equivalent inkomen per inwoner na belastingen wordt in de rest van deze fiche gewoon het gemiddeld equivalent inkomen genoemd.

Beschrijving

1. In 2022

De wijken met de laagste gemiddelde equivalente inkomens bevinden zich vooral in de arme sikkel, terwijl de wijken met de hoogste gemiddelde equivalente inkomens vooral in het zuidoostelijke kwadrant van de tweede kroon liggen.

 

De meeste wijken met de laagste gemiddelde equivalente inkomens (lager dan € 17.500) liggen in het zuidwestelijke deel van de Vijfhoek en in het noordelijke en westelijke deel van de eerste kroon. Ze vormen de arme sikkel van het Gewest, rond het stadscentrum.

 

Enkele wijken in het westelijke deel van de tweede kroon hebben ook een gemiddeld equivalent inkomen van minder dan € 17.500. Drie ervan (Anderlecht Centrum - Wayez, Karreveld en Oud Laken West) grenzen rechtstreeks aan de wijken van de eerste kroon die de arme sikkel vormen. Ze breiden dus de arme sikkel uit, die historisch beperkt was tot de grenzen van de eerste kroon.

 

De wijken van de Vijfhoek en de eerste kroon die geen deel uitmaken van deze arme sikkel, hebben heterogene profielen. Voor de meeste van deze wijken varieert het gemiddeld equivalent inkomen tussen € 17.500 en € 25.200. Eén wijk in de Vijfhoek (Koningswijk) en vier wijken in het zuiden van de eerste kroon (Brugmann - Lepoutre, Kastelein, Churchill en Vijvers van Elsene) hebben de hoogste gemiddelde equivalente inkomens in het gebied, meer dan € 25.200.

 

De wijken met de hoogste gemiddelde equivalente inkomens in het Brussels Gewest bevinden zich voornamelijk in het zuidoostelijke kwadrant van de tweede kroon. In dat kwadrant hebben de meeste wijken een gemiddeld equivalent inkomen van meer dan € 25.200, en vijf ervan hebben zelfs een gemiddeld equivalent inkomen van meer dan € 35.000 (Fort Jaco, Montjoie - Langeveld, Observatorium, Putdaal en Diesdelle). Toch is het gemiddeld equivalent inkomen minder dan € 20.000 in drie wijken in dit kwadrant van de tweede kroon. Het betreft een wijk met een grote studentenpopulatie (Universiteit), een wijk met een hoog aandeel sociale woningen (Drie Linden) en een wijk die deze twee kenmerken combineert (Kapelleveld).

 

De gemiddelde equivalente inkomens in de wijken van de rest van de tweede kroon zijn over het algemeen lager dan in het zuidoostelijke kwadrant, maar hoger dan in de arme sikkel, namelijk tussen € 17.500 en € 25.200.
In het westelijke deel van de tweede kroon is het gemiddeld equivalent inkomen echter minder dan € 17.500 in de wijk Goede Lucht in het westen van de tweede kroon. Het gaat om een dunbevolkte wijk met een hoog aandeel sociale woningen.

 

2. Van 2005 tot 2022

Het gemiddeld equivalent inkomen voor het Gewest is gestegen van € 13.870 in 2005 tot € 20.952 in 2022. Hoewel de geografische spreiding relatief stabiel is gebleven tussen 2005 en 2022 is het gemiddeld equivalent inkomen globaal genomen iets minder gestegen in de wijken ten westen van het kanaal dan in die ten oosten ervan.

Opmerking

De kenmerken van de gegevensbron die voor deze indicator wordt gebruikt, brengen met zich mee dat een aantal voorzorgsmaatregelen moet worden genomen in de analyses van de levensstandaard of koopkracht van de huishoudens. Het gaat bijvoorbeeld om de volgende elementen:

 

- De basisbron voor het berekenen van het inkomen na belasting is het totale netto belastbaar inkomen van elke belastingaangifte.
Dat heeft het nadeel dat bepaalde inkomsten, zoals het door het OCMW uitgekeerde leefloon en de kinderbijslag, niet worden meegerekend.
Ook worden roerende en onroerende inkomsten over het algemeen onderschat vanwege de specifieke belastingregels voor die categorieën van inkomsten.
Ten slotte worden sommige inkomsten niet belast wegens speciale belastingsystemen, zoals bij de meeste werknemers van internationale organisaties (zoals de Europese instellingen, de NAVO enz.).
Het inkomen na belastingen van de huishoudens kan daarom enigszins verwijderd zijn van hun beschikbare inkomen, dat de ideale indicator is om de levensstandaard vanuit economisch oogpunt te analyseren.

 

- De dekking van de populatie is niet volledig voor het equivalent inkomen. Personen die niet in de officiële bevolking opgenomen zijn, worden buiten beschouwing gelaten, net als personen die in collectieve huishoudens wonen. Bovendien worden personen in huishoudens met een belastbaar inkomen van 0 uitgesloten van de statistieken.

 

- Statistieken gebaseerd op de fiscale inkomens moeten met de nodige voorzichtigheid van het ene jaar op het andere worden vergeleken. Veranderingen in de fiscale reglementering of ontwikkelingen in de administratieve verwerking en de inkohiering van de aangiften kunnen een aanzienlijke invloed hebben op deze statistieken.

 

- Ten slotte gaat de methode die wordt gebruikt om een equivalent inkomen per persoon vast te stellen, ervan uit dat alle leden van hetzelfde huishouden een identiek equivalent inkomen hebben, en dus dezelfde levensstandaard. Dat is een betwistbare hypothese.

 

Bovendien heeft het gemiddelde inkomen het nadeel dat het gevoelig is voor extreme waarden. De aanwezigheid van een beperkt aantal aangiften met zeer hoge inkomens kan daarom een sterke invloed hebben op het gemiddelde inkomen.

De definitie van de cursief gedrukte woorden vindt u in het glossarium van de website.